category_news
Ammoniakemissie in 2023 gedaald op Koeien & Kansen bedrijven
De ammoniakemissie op de Koeien en Kansen-bedrijven in 2023 bedroeg gemiddeld 55 kg NH3/ha, wat 1 kg NH3/ha lager was dan in 2022. De reductie kwam voornamelijk door een verminderde toediening van drijfmest. Het aangescherpte doel voor 2023 werd gemiddeld net niet gehaald.
Doel is aangescherpt
De projectdoelen voor ammoniak variëren per Koeien & Kansen-bedrijf en zijn afhankelijk van de intensiteit (kg melk per ha). In figuur 1 zijn de projectdoelen 2023 van de individuele bedrijven weergegeven met een rode horizontale streep bij elk bedrijf. In 2023 zijn de doelen voor de bedrijven aangescherpt. Gebaseerd op een reductie van 17,5% reductie ten opzichte van het sectorgemiddelde in 2018, terwijl het doel voor 2022 nog gebaseerd was op 15% reductie. Met de aanscherping komt het projectdoel voor een gemiddeld Koeien & Kansen bedrijf uit op ongeveer 51 kg NH3/ha.
Emissie 2023
De ammoniakemissie op de Koeien en Kansen-bedrijven bedroeg in 2023 gemiddeld 55 kg NH3/ha, waarbij ongeveer de helft afkomstig was van emissie uit stal en mestopslag en de andere helft van veldemissie, voornamelijk veroorzaakt door mesttoediening en weiden. Dit was een daling ten opzichte van de 56 kg NH3/ha in 2022 en 57 kg NH3/ha in 2021. Sinds 2020 daalt de emissie jaarlijks, waarbij het niveau in 2023 115 lager lag dan in 2020. Zeven bedrijven behaalden wel hun individuele doel en de overige 9 bedrijven hadden een hogere emissie dan het gestelde doel.
Opvallend in Figuur 1 zijn de bedrijven 10 en 4. Bedrijf 10 heeft een lage emissie van ruim 31 kg NH3/ha. Dit realiseert het bedrijf met een lage stalemissie en een extensieve bedrijfsvoering. De koeien op bedrijf 10 weiden 5000 uur en staan daarom weinig uren op stal wat leidt tot een lage stalemissie. Op bedrijf 4 is de ammoniakemissie met 113 kg NH3/ha hoog. Door de intensieve bedrijfsvoering van 48.000 kg melk/ha is de stalemissie hoog, maar ook de emissie van ammoniak bij mest uitrijden is hoog door veel mest uitrijden binnen de ruimte die de BES pilot dit bedrijf in 2023 bood.
Reductie door mest verdunnen en emissiearme stal
Veel bedrijven proberen de emissie te verminderen door mest te verdunnen met water bij uitrijden. verlagen. Deze emissiereductie wordt echter alleen erkend voor bedrijven die 1:2 verdunning toepassen en mest uitrijden met een sleufkouter of sleepvoetenmachine (bedrijven gemarkeerd met * in Figuur 1). In 2023 zijn er 7 bedrijven die de mest verdunnen bij uitrijden met de sleufkouter of sleepvoetmachine. Gemiddeld is de ammoniakemissie op deze 7 bedrijven 56 kg NH3/ha terwijl het gemiddelde doel op deze 7 bedrijven 52 kg NH3/ha is. Deze maatregel leidt op 5 bedrijven nog niet tot het halen van de doelstelling, wat voornamelijk toe te schrijven was aan een hoge stalemissie of een aanzienlijke emissie bij uitrijden, zoals op bedrijf 3, waar een deel van de dieren in een vrijloopstal werd gehuisvest, waardoor ongeveer de helft van de mest als vaste mest werd uitgereden.
Naast mest verdunnen hebben enkele bedrijven bedrijven een emissiearme stal (of een deel ervan). Bedrijven 2, 3, 6, 8 en De Marke verlagen hierdoor ook de ammoniakuitstoot en zijn met een # in figuur 1 gemarkeerd. Op deze vijf bedrijf bedroeg gemiddeld de ammoniakemissie 47 kg NH3/ha, terwijl het doel gemiddeld 50 kg NH3/ha lag. Drie van de 5 bedrijven met een emissiearme stal hebben mede dankzij deze maatregel het doel gehaald.
Verschil met 2022
In dit artikel benadrukt dat de ammoniakemissie in 2023 met 1 kg NH3/ha ten opzichte van 2022 is afgenomen. De stalemissie in 2023 is gemiddeld ongeveer gelijk is gebleven. De reductie komt bijna volledig door een lagere emissie bij uitrijden van de dierlijke mest. In 2023 is ongeveer 20 kg N/ha minder dierlijke mest uitgereden. Waarschijnlijk speelt hier de aangescherpte derogatienorm een rol. De generieke plaatsingsnorm voor dierlijke mest was in 2023 immers 10 kg N/ha lager dan in 2022. Bovendien hebben bedrijven 11 en 15 in 2023 deelgenomen aan de pilot “derogatiearm”, waardoor deze bedrijven slechts 170 kg N/ha uit dierlijke mest mochten gebruiken op hun bedrijf.
De stikstofkunstmestgift was in 2023 ongeveer 10 kg N/ha hoger. Omdat bij de toediening van drijfmest meer ammoniak vrijkomt dan bij toediening van kunstmest, leidde de lagere drijfmestgift tot een verlaging van de ammoniakemissie.