Nieuws

Grasland maakt het verschil

Gepubliceerd op
12 april 2023

Grasland scoort, in variabele mate, beter dan bouwland op de ecosysteemdiensten bodemkwaliteit, waterregulering, CO2-opslag, waterkwaliteit, bovengrondse plus ondergrondse biodiversiteit en landschap. Dit blijkt uit een studie waar ecosysteemdiensten van (verschillende types) grasland in vergelijking met bouwland in beeld zijn gebracht.

In de actuele stikstofdiscussies gaan beleidsvoornemens in de richting van het inkrimpen van de melkveehouderijsector. In combinatie met andere drukfactoren voor deze sector, kan dit leiden tot een grootschalige omzetting van grasland naar bouwland (akkerbouw) met een hoger opbrengend vermogen. Grasland kan echter een belangrijke rol spelen bij andere grote maatschappelijke opgaven, zoals klimaat, waterkwaliteit en biodiversiteit. We noemen dit ecosysteemdiensten die grasland kan leveren.

In een studie heeft het Louis Bolk Instituut (LBI) de (onderbelichte) ecosysteemdiensten van (verschillende types) grasland in vergelijking met bouwland in beeld gebracht. Dit kan benut worden in integrale afwegingen. Deze studie is tot stand gekomen op initiatief van het LBI met financiering van ZuivelNL.

Grasland scoort

Grasland scoort, in variabele mate, beter dan bouwland op de ecosysteemdiensten bodemkwaliteit, waterregulering, CO2-opslag, waterkwaliteit, bovengrondse plus ondergrondse biodiversiteit en landschap (zie Figuur 1). Semi-natuurlijk grasland draagt in grote mate bij aan de levering van ecosysteemdiensten, maar heeft een laag producerend vermogen. Tijdelijk en blijvend productief grasland nemen voor veel ecosysteemdiensten een positie in tussen bouwland en semi-natuurlijk grasland, met uitzondering van ammoniak en lachgas. Daarnaast scoort blijvend grasland even goed of beter dan semi-natuurlijk grasland op de ecosysteemdiensten bodemkwaliteit, waterregulering, CO2-opslag en ondergrondse biodiversiteit; vooral samenhangend met een hoge en stabiele organische stoftoevoer en weinig bodembewerkingen.

Figuur 1: Visuele representatie van ecosysteemdiensten die bouwland, blijvend grasland, tijdelijk grasland en semi-natuurlijk grasland leveren. Dit in onderling vergelijk. Dit af te zetten tegen productiecapaciteit: waarbij bouwland de hoogste productiecapaciteit heeft in voedsel/voerlevering en semi-natuurlijk grasland het laagst.
Figuur 1: Visuele representatie van ecosysteemdiensten die bouwland, blijvend grasland, tijdelijk grasland en semi-natuurlijk grasland leveren. Dit in onderling vergelijk. Dit af te zetten tegen productiecapaciteit: waarbij bouwland de hoogste productiecapaciteit heeft in voedsel/voerlevering en semi-natuurlijk grasland het laagst.

De productie van voedsel of veevoer is het hoofddoel van veel landbouwgrond en wordt in dit vergelijk als uitgangspunt genomen. Om in beleidsmatige afwegingen rond de melkveehouderijsector het spreekwoordelijke ‘kind niet met het badwater weg te gooien’, legt deze studie het accent op de (onderbelichte) ecosysteemdiensten van (verschillende types) grasland in vergelijking met bouwland. De korte brochure en achterliggend memo (zie onder dit bericht) beogen de effecten van een vermindering van het graslandareaal expliciet te maken, zodat dit kan bijdragen aan onderbouwd integraal beleid.

Omzetting naar bouwland is achteruitgang

Zonder sturing is grootschalige omzetting van grasland naar bouwland (snijmais en intensievere teelten) waarschijnlijk, wat een sterke achteruitgang betekent van de ecosysteemdiensten die deze percelen leveren: alle indicatoren zullen dalen, met uitzondering van ammoniak en lachgas. Maar belangrijker, het geeft, tijdelijk, ook een sterke toename in de uitstoot van broeikasgassen, naast een sterk verhoogde nitraatuitspoeling. Daarmee verdwijnen de klimaat- en waterkwaliteitsdoelen voor landbouwgronden jarenlang verder uit beeld.

Figuur 2 a, b. Impressie a: huidig agrarisch landgebruik en b: toekomstig landgebruik, bij grootschalige omzetting van grasland in bouwland (met verlies aan ecosysteemdiensten)
Figuur 2 a, b. Impressie a: huidig agrarisch landgebruik en b: toekomstig landgebruik, bij grootschalige omzetting van grasland in bouwland (met verlies aan ecosysteemdiensten)

Reactie ZuivelNL

ZuivelNL noemt het rapport 'Grasland maakt het verschil' een opsteker voor de melkveehouderij.
"Het bevat waardevolle bouwstenen als oplossing voor de discussies in het landbouwakkoord en de gebiedsgerichte aanpak. Waar enerzijds sterk naar de melkveehouderij wordt gekeken als bron van emissie, blijkt uit dit rapport dat grasland een essentieel aandeel heeft in het halen van de milieudoelen. Daarnaast heeft het ook nog een economische meerwaarde omdat grasland aan de basis staat van productie van hoogwaardige voeding door de melkveehouderij", aldus ZuivelNL.

Publicaties

Brochure Grasland maakt het verschil 
Memo Grasland maakt het verschil